Review: King Solomons Mines (1985)
Met veel plezier schrijf ik nog eens een recensie over een jeugdherinnering, als kind dan toch. Het was voor mij een echte popcornfilm op VHS waarbij we hem herhaaldelijk thuis bekeken tijdens donkere winterdagen zoals nu.
Ik vond de film op Amazon Prime en dacht dat dit wel het moment was om deze te herbekijken. Ik moet wel vermelden dat ik die film meer dan dertig jaar geleden zag, dus als doorgewinterde filmliefhebber wist ik niet zeker of deze film de tijd wel zou hebben overleefd.

OMG
Ik zette hem op en schrok meteen van de valse decors, de clichés en lachwekkende dialogen, overgoten door een grotesk acteren. Het leek een beetje op een slechte comedy met dialogen samengeraapt tijdens een dronken nacht schrijven. Op zich had deze film in de videotheken best wel succes, het speelde in op de revival van de avonturenfilms; met ‘Indiana Jones and The Riders of the Lost Ark’ (1981) en die andere kaskraker ‘Romancing the Stone’ (1984)*. King Solomons Mines** lijkt echter meer op een Aldi-versie van voorgaande films, alhoewel er niets mis is met de Aldi (en al zeker in deze tijden).
Het is gebaseerd op het gelijknamige boek van de Victoriaanse avonturenschrijver Henry Rider Haggard en het had een goede film kunnen zijn, maar werd duidelijk met een pak minder budget gemaakt, waarbij in die tijd topacteurs werden gelokt en in de waan waren dat het echt iets zou worden. Maar ja, “ook bagger moeten er zijn”, zoals een filmvriend van me beweert, alleen worden de andere culturen hier erg stereotiep weergegeven en dat kan je nu niet meer maken, maar goed dat was wel meer met de popcornfilms uit die periode.
John Rhys-Davis - Gimli in LOTHR - die de goede helper speelde in de Indiana Jones-films zien we hier als slechterik. En Richard Chamberlain speelt Allan Quatermain, met naast hem een jonge Sharon Stone als Jesse. Zij lijken nog min of meer met een beetje naturel te spelen, maar dat is misschien ook omdat ik hen gewoon graag zie acteren.
Chamberlain (van ons heen gegaan in 2025) blijft wel een held voor mij, want hij was de eerste die Jason Bourne speelde, Aramis was in The Three Musketeers en niet te vergeten de charismatische Anjin-San was in de originele reeks van Shogun, dit naast de legendarische Japanse acteur Toshirô Mifune. Series en films die je op een luie zondag wel eens zag op de toenmalige BRT.

Sharon Stone zelf doet haar best – ook al is het over-the-top - en volgens mij zou ze zelfs een betere keuze geweest zijn dan Kate Capshaw in die tweede Indy-film: “Indiana Jones and the Temple of Doom” (1984).
De film kreeg nog een vervolg met de titel Allan Quatermain and the Lost City of Gold dat bijna gelijktijdig werd verfilmd, maar haalde na het lauwe succes van de eerste film nauwelijks de bioscoop en verscheen in de meeste landen rechtsreeks op VHS.
Wat werkt wel nog in deze film?
Er zit vaart in, vooral in het begin, je gaat van de ene actie naar de andere, je wordt overladen met achtervolgingsscènes overgoten met slapstickachtige humor, maar dan in een stijl zoals die van de Bud Spencer en Terence Hill films.
Door dat het net zo simplistisch in elkaar zit en vol met grappen en grollen, begrijp ik nu ook wel waarom ik het als kind zo leuk vond, dat en het feit dat mijn vader bij sommige van die grappen echt voluit moest schaterlachen en - zoals bij alle films met een goede grap - telkens de videocassette terugspoelde om het nog eens te zien. Zoals de manier waarop hij onder een trein valt en dan meteen zich aan een kabel vasthaakt, waar hij zich laat meevoeren en kort erna erop klimt alsof het niets is. Een scène die dan weer aan Buster Keaton en zijn meesterlijke “The General” doet denken.
Naar het einde toe duurt het allemaal wel wat te lang, het achtervolgen als een Tom en Jerry een uur aan een stuk begint te vervelen, waardoor ik verder spoelde om enkel te stoppen bij de scènes die ik toen als kind wel leuk vond, scènes die me nostalgisch deden beseffen dat ik nu eenmaal volwassen ben geworden, en het als kind allemaal veel leuker was.
*Volgens de memoires van Kathleen Turner had ze de vrouwelijke rol van Jesse afgewezen, en misschien maar goed ook.
**Deze film is trouwens een remake van de meer op jungle-avonturen gebaseerde film uit 1950 met Deborah Kerr en Steward Granger (Steward speelde o.a. Sherlock Holmes in de
TV-film The Hound of the Baskersvilles - 1972). Tot slot werd dit verhaal nog eens verfilmd als TV-serie met Patrick Swayze in 2004, deze keer met iets meer respect voor de lokale cultuur. Maar een hit werd het niet.
Bart VERMEER
Artikel delen
Volg ons op Social Media
Nieuws insturen
Zelf Lommels nieuws insturen? Dat kan via lommelsegazet@telenet.be
Lees meer over Filmrubriek
Review: Frankenstein (2025)
Review: Raging Bull (1980)
Review: Romancing The Stone
Review - Christine